Wasmiddelen - vuilverwijderaars
Bastienne Wentzel

1 maart 2010, Chemische Feitelijkheden

Zeep is al zo oud als de wereld. De Babyloniërs schreven het recept ervoor al op hun kleitabletten. De bereiding is eenvoudig: kook vet met loog. Dit levert een substantie op die allerlei vuil kan verwijderen. Lange tijd werden deze klassieke zepen ook gebruikt voor het schoonmaken van kleding. Maar in de moderne wasmiddelen is nauwelijks nog zeep te bekennen. Het zijn uitgekiende mengsels geworden van tientallen verschillende componenten, elk met hun specifieke werking.

Er bestaan immers veel verschillende soorten vuil – denk maar aan vet, chocola, gras, modder en wijn. Elke vlek vereist een eigen verwijderingstactiek. Bovendien is het assortiment textielstoffen stevig uitgebreid; ook alle vezels vragen om een specifieke behandeling. En ten slotte moet er steeds milieuvriendelijker gewassen worden: met lagere temperaturen, minder water én in kortere tijd. Wasmiddelfabrikanten anticiperen op deze ontwikkelingen en passen hun producten voortdurend aan. Surfactanten, waaronder zeep en vele synthetische varianten, spelen een hoofdrol in het schoonmaakproces. Enzymen, bleeksystemen, kleurbeschermers, witmakers en waterontharders doen de rest. Fabrikanten maken er een gebalanceerd mengsel van dat aan al hun eisen voldoet.
 
In deze Chemische Feitelijkheid:
De Context: Van wastobbe naar wasmachine. Wassen is de afgelopen decennia een stuk gemakkelijker geworden.
De Basis: Welke stoffen zitten er in moderne wasmiddelen? Wat doen ze en hoe werken ze?
De Diepte: Vernieuwing en verbetering staan hoog in het vaandel van de wasmiddelenindustrie, die een kennisintensieve sector is geworden.

De volledige tekst is gepubliceerd als Chemische Feitelijkheid nr. 264, maart 2010.